De kunst van het verliezen beheers ik maar al te goed. Mijn schoolsleutels verlies ik het hele jaar door. Ze verdwijnen om vervolgens weer miraculeus op te duiken: in het toilet, naast de computer in de docentenkamer of in mijn tas, die ik al minstens vier keer grondig had doorzocht. Toetsen die ik net nog gekopieerd heb, verstoppen zich listig in mijn tas of in mijn kast. Gemaakte schriftelijke overhoringen en repetities vis ik hyperventilerend uit de papierbak waarin ik ze in een onverklaarbaar moment van verstrooidheid heb gegooid.
Lees verder »
Laatst zat ik in een restaurant in afwachting van het voorgerecht hongerig om mij heen te kijken. Iedereen behalve ik en mijn disgenoot was uitgebreid brood in de alioli aan het dopen. Blijkbaar waren wij in de brood-uitdeel-ronde overgeslagen. Wat te doen? De ober aanschieten? Op beleefde toon vragen of we vergeten zijn? Niets zeggen en onderhand andere klanten het brood uit de mond kijken? Maar in elk geval, zo nam ik mij knarsetandend voor, dit restaurant totaal afkraken bij vrienden en bekenden.
Mijn tafelgenoot vertelde me dat ons broodloze lot in de commerciële branche wordt aangeduid als een zogenaamde ‘dissatisfier’: de aanwezigheid van het brood wordt als volstrekt normaal ervaren maar leidt niet tot meer klanttevredenheid, de afwezigheid echter vindt de klant uitermate irritant en kan reden zijn tot afhaken. Oorspronkelijk komt de term ‘dissatisfier’ uit onderzoek naar werktevredenheid van Frederick Herzberg. Satisfiers en dissatisfiers zijn factoren die elk een verschillende rol spelen bij motivatie en werktevredenheid. Als dissatisfiers worden vervuld, ontstaat er een neutrale situatie (dus geen ontevredenheid), maar de aanwezigheid van dissatisfiers kan leiden tot serieuze ontevredenheid. Als satisfiers daarentegen niet worden vervuld, dan wordt de afwezigheid niet opgemerkt en leidt niet tot ontevredenheid, maar indien ze vervuld worden, kunnen ze substantieel bijdragen tot werktevredenheid.
Lees verder »

Vorig jaar waren er wat berichten over in de media, was er stoere taal van onze staatssecretaris over die onvergeeflijke slordige tweede correctie maar verder heb ik nooit meer iets gehoord over het onderzoek
De praktijk van de eerste en tweede correctie, Samenvatting van onderzoek naar het functioneren van het CSE (Hans Kuhlemeier en Ed Kremers).
Als overbezette docent loop ik vanzelfsprekend hopeloos achter en had het onderzoek tot nu niet gelezen. Inmiddels ben ik volledig op de hoogte en in het kader van de examens heb ik een kleine toets gemaakt over de punten die mij opvielen.
Test uw kennis over de eerste en tweede correctie door middel van dit ‘examen’. Het correctievoorschrift zal ik over een week publiceren als reactie.